home
muziektheorie > algemene muziekleer > 'gebruiksaanwijzing'

 
toonsoorten en toonladders toonsoort bepalen
intervallen akkoord benoemen
drieklanken maat en ritme
dominant septimeakkoord akkoorden benoemen / noteren / enharmoniseren


3. toonsoort bepalen van een groep tonen

Bij deze vraag (van een rijtje tonen bepalen in welke toonsoort(en) ze thuishoren) is het belangrijk uit te gaan van de volgorde van de kruisen en mollen:
  1. Als er in de opgave voortekens 'volgens het rijtje' voorkomen hebben we te maken met een majeur-of natuurlijke mineur-toonsoort. Zo kan de toonreeks:


  2. voorkomen in de toonsoorten D majeur of b natuurlijk mineur. De voortekens komen 'volgens het rijtje' voor: fis is het eerste, cis het tweede kruis.
  3. Als de voortekens in de opgave niet 'volgens het rijtje' voorkomen hebben we te maken met een harmonische of melodische mineur-ladder. Zo kan de toonreeks:


  4. alleen voorkomen in d klein harmonisch: bes is de eerste mol (en deze bepaalt de toonsoort!), terwijl cis 'vreemd' is: cis is immers het tweede kruis, terwijl het eerste kruis, fis, niet voorkomt. De toon cis is de verhoogd zevende toon van de harmonische ladder. 

    In het rijtje: 

    valt op dat de des, de vierde mol, voorkomt, terwijl de derde mol (as) ontbreekt. De toon a is de verhoogd zevende toon van de ladder. De toonsoort is dus bes klein. Maar eigenlijk is dan ook de g 'vreemd': bes klein heeft immers vijf mollen, dus een ges in plaats van een g. Dit betekent dat we te maken hebben met (stijgend) melodisch mineur - de toon g is de verhoogd zesde toon. 

    In het rijtje

    valt op dat zowel een b als een bis, en zowel een ais als een a voorkomen. Dit betekent dat we te maken hebben met een melodische ladder, en dat de tonen ais en bis de verhoogd zesde en verhoogd zevende toon zijn. De toonsoort is dus cis klein (melodisch).


< Naar: 3b.Oefeningen: Toonsoort bepalen van een melodisch fragment >      <  naar het hoofdstuk 'intervallen' >