15. maatsoort bepalen
Op het toelatingsexamen wordt gevraagd de maatsoort te bepalen van een
gegeven (melodisch) fragment. Aan het begin van dit fragment is de maatsoort
weggelaten. Eigenlijk moet je bij deze vraag de volgende dingen bepalen:
-
bepaal de metrische
onderverdeling van de maat (dus: hoeveel zwaartepunten zie/hoor je)
-
bepaal de teleenheid
van het fragment (dus: achtste, kwart, halve etc.)
In feite gaat deze vraag over het volgende: als geen maatsoort staat aangegeven
in een partituur kan men gaan twijfelen tussen maatsoorten met een verschillende
teleenheid maar met dezelfde hoeveelheid noten. Een 6/8 maat
bijvoorbeeld heeft evenveel kwartnoten als een 3/4 maat. En een 4/2-maat
evenveel als een 8/8. Het verschil tussen deze maatsoorten is dus alleen
te zien (en te horen) door de groepering:
-
zo is een 6/8-maat onderverdeeld in 3+3 achtstes, een 3/4 in 3 kwarten
(in het klinkende voorbeeld hieronder wordt het verschil tussen beide maatsoorten
door toegevoegde accenten overdreven):
|